NLS Online
NLS Online

Stijlfouten

Veel factoren kunnen de leesbaarheid van een tekst in de weg zitten (zie Leesbaarheid: inleiding). Een daarvan heeft te maken met de stijl waarin een tekst is geschreven. Als lezers stijlfouten tegenkomen, zullen ze een tekst als minder leesbaar ervaren. Veelvoorkomende stijlfouten zijn problematische beeldspraak en dubbelop-formuleringen.

Problematische beeldspraak

(1) Het meest uit het oog springende resultaat dat hieruit volgt is dat de oudste leeftijdsgroep, die van 65-plussers, het meeste tijd spendeert aan lezen, en het minste tijd spendeert aan online communiceren.

(2) Achteraf had dit onderzoek wellicht meer licht moeten werpen op de drijfkracht van verschillende leeftijdsgroepen om social media te gebruiken.

(3) De opkomst van de sociale media bevindt zich sinds jaren in een stroomversnelling.

Het gebruik van beeldspraak kan de zeggingskracht van een tekst versterken, en zorgt voor variatie in de formuleringen. Maar als de beeldspraak niet klopt, hapert het leesproces en raakt de lezer mogelijk geïrriteerd. Met beeldspraak kun je op verschillende manieren in de fout gaan. Je kunt de beeldspraak in een vaste uitdrukking verkeerd weergeven, zoals in (1). De uitdrukking is namelijk niet ‘uit het oog springen’, maar ‘in het oog springen’. Je kunt ook het verkeerde beeld gebruiken, zoals in (2). Datgene wat mensen ergens toe brengt (in dit geval het gebruiken van social media) wordt vaak beschreven met behulp van het woord ‘drijfveer’. ‘Drijfkracht’ lijkt daarop, maar levert een ander beeld op, dat hier niet past: ‘vermogen om te blijven drijven’. Beeldspraak kun je ten slotte verkeerd toepassen. Zoiets zie je in voorbeeld (3). Hier botst de betekenis van een ‘opkomst’, dus het groter worden van iets, met het beeld van ‘in een stroomversnelling zitten’. Dat laatste kunnen social media misschien nog wel, maar ‘de opkomst’ niet. De formuleringen (1a), (2a) en (3a) lossen de problemen op.

(1a) Het meest in het oog springende resultaat dat hieruit volgt is dat de oudste leeftijdsgroep, die van 65-plussers, het meeste tijd spendeert aan lezen, en het minste tijd spendeert aan online communiceren.

(2a) Achteraf had dit onderzoek wellicht meer licht moeten werpen op de drijfveren van verschillende leeftijdsgroepen om social media te gebruiken.

(3a) De sociale media bevinden zich sinds jaren in een stroomversnelling.

Dubbelop-formuleringen

(4) Aan de basis van motivatie liggen de drie basisbehoeften relatie, competentie en autonomie ten grondslag.

(5) Deze verhoogde waarden kunnen tevens ook worden verklaard door de omgeving van het experiment, omdat deze zijn uitgevoerd in woonwijken die grenzen aan hoofdwegen.

(6) Leerkrachten zouden hierbij kunnen ondersteunen door niet per definitie overal een antwoord op te hebben, maar door de kinderen vooral te kunnen stimuleren door het stellen van kritische vragen.

Het is belangrijk om te vermijden dat je twee keer hetzelfde zegt in één zin. Soms gebeurt dat als je twee vormen van beeldspraak door elkaar haalt of met elkaar combineert, zoals dat gebeurt in voorbeeld (4): ‘iets ligt aan de basis van iets’ is hetzelfde als ‘iets ligt ergens aan ten grondslag’ . Het gebeurt ook als je de formele variant van een woord combineert met de informele of alledaagse variant van een woord, zoals in (5): met ‘tevens’ en ‘ook’ zeg je twee keer hetzelfde. Beter zijn dus de formuleringen (4a) en (5a)

(4a) Aan de basis van motivatie liggen de drie basisbehoeften relatie, competentie en autonomie.

(5a) Deze verhoogde waarden kunnen ook worden verklaard door de omgeving van het experiment, omdat deze zijn uitgevoerd in woonwijken die grenzen aan hoofdwegen.

kunnen ondersteunen’, en daar zitten twee bijzinnen aan vast die allebei beginnen met ‘door’. Zo worden ‘een antwoord op hebben’ en ‘stimuleren’ vastgeplakt aan de uitdrukking ‘kunnen ondersteunen door’. Precies daardoor is ‘kunnen’ in de tweede bijzin dubbelop. Je kunt dat oplossen door ‘kunnen’ eenvoudig weg te halen, zoals in (6a), of door de constructie van de zin te veranderen en de tweede bijzin los te maken van ‘kunnen ondersteunen door’ (6b).

(6a) Leerkrachten zouden hierbij kunnen ondersteunen door niet per definitie overal een antwoord op te hebben, maar door de kinderen vooral te stimuleren door het stellen van kritische vragen.

(6b) Leerkrachten zouden hierbij kunnen ondersteunen door niet per definitie overal een antwoord op te hebben. Ze zouden de kinderen daarentegen vooral kunnen stimuleren door het stellen van kritische vragen.

Voorbeelden van veelgemaakte dubbelop-fouten:

Wat mij betreft vind ik het belangrijk dat … Wat mij betreft is het belangrijk dat ...
  of
Ik vind het belangrijk dat ...
Sinds vijftien jaar geleden ... vijftien jaar geleden ...
[…] dat deze leerlingen net zo’n grote uitdaging moeten hebben net als hun “gewone” klasgenoten. […] dat deze leerlingen net zo’n grote uitdaging moeten hebben als hun “gewone” klasgenoten.
[…] dat hoogbegaafde kinderen veel mee te maken hebben met psychosociale problemen ... […] dat hoogbegaafde kinderen veel te maken hebben met psychosociale problemen ...