Woordkeus: onduidelijke woorden
Een tekst kan ‘onduidelijk’ zijn als gevolg van bepaalde zinsbouwverschijnselen, maar ook woordkeus kan ertoe leiden dat de lezer veel moeite moet doen om vast te stellen wat de (volledige) betekenis van een zin is. Daarbij kan er dan ook nog een verkeerde interpretatie van de betekenis ontstaan. Dat belemmert uiteraard de leesbaarheid van een tekst (zie Leesbaarheid: inleiding). Vormen van woordkeus die bij dit probleem een rol spelen zijn ‘(te) abstracte woordkeus’, teveel ‘onuitgelegd jargon’ en bepaalde vormen van ‘naamwoordelijk formuleren’. Deze drie verschijnselen zijn niet ‘fout’, maar kunnen bij ongelukkig gebruik wel voor onduidelijkheid zorgen.
(Te) abstracte woordkeus
(1) Een belangrijke factor van babyboomers is dat zij historisch gezien een hoog level van formele educatie hebben meegekregen.
(2) Op universiteiten lopen veel studenten rond die nog niet klaar zijn met ontwikkelen en dus door de blootstelling aan hard geluid meer kans maken op cardiovasculaire ziekten.
Wetenschappelijke teksten zitten vol abstracte woorden. Dat is logisch en gepast, want abstracte woorden verwijzen naar algemene begrippen, ideeën en objecten, en daar hebben wetenschappers het vaak over. Lastig is daarbij alleen wel dat die begrippen, ideeën en objecten niet met je zintuigen waarneembaar zijn, en dus minder voorstelbaar zijn. Vergelijk bijvoorbeeld het abstracte woord vervoersmiddel met het concretere auto of het nog concretere Ford Fiesta. Als lezers zich te weinig kunnen voorstellen bij een tekst, zullen ze te weinig houvast hebben bij het begrijpen ervan. Een overwegend abstracte woordkeus kan een tekst dus lastig interpreteerbaar maken. Een voor de hand liggende oplossing voor dit probleem is:
- Vervang abstracte woorden door concrete(re).
Maar door de aard van het genre zal dat lang niet altijd een geschikte of zelfs maar mogelijke oplossing zijn. Wat kun je nog meer doen?
Geef naast het abstracte woord een voorbeeld, of een uitleg. Hierdoor kunnen lezers het begrip of idee verankeren in een werkelijkheid die voor hen vertrouwd is.
Voeg precisie toe aan het abstracte woord. Een begrip wordt daardoor minder vaag.
Een mogelijke oplossing in zin (1) is het concretiseren van de abstracte woordgroep ‘een hoog level van formele educatie’. Bij een alternatief als ‘hoogopgeleid zijn’ zullen lezers zich al meer kunnen voorstellen. Je kunt deze term ook nog nader uitleggen, met een toevoeging tussen haakjes, zoals in (1a):
(1a) Een belangrijke factor van babyboomers is dat zij historisch gezien hoogopgeleid zijn (HBO- of WO-niveau).
In zin (2) is het toevoegen van precisie een goede oplossing voor het abstracte ‘hard geluid’. Want wat is precies ‘hard geluid’? Voor een goede interpretatie van deze zin helpt het om dat precieser te omschrijven:
(2a) Op universiteiten lopen veel studenten rond die nog niet klaar zijn met ontwikkelen en dus door de blootstelling aan geluid harder dan 65 Decibel meer kans maken op cardiovasculaire ziekten.
Hiermee zijn nog niet alle abstractheidsproblemen opgelost: ook ‘nog niet klaar zijn met ontwikkelen’ en ‘cardiovasculaire ziekten’ dragen eraan bij dat de informatie in zin (2a) nog niet echt goed te interpreteren is. Deze abstracte woordgroepen zijn voorbeelden van ‘onuitgelegd jargon’ en ‘naamwoordelijk formuleren’.
(Teveel) onuitgelegd jargon
(3) Op universiteiten lopen veel studenten rond die nog niet klaar zijn met ontwikkelen en dus door de blootstelling aan hard geluid meer kans maken op cardiovasculaire ziekten.
Het gebruik van wetenschappelijk jargon is in wetenschappelijke teksten onvermijdelijk en erg nuttig; vakgenoten kunnen met behulp van jargon snel en effectief met elkaar communiceren. Maar hoe breed is de kring van vakgenoten? Zin (3) komt uit een tekst over het meten van geluidsniveaus in verband met het welzijn van diverse groepen uit de bevolking. De vraag is dan of iedere lezer weet wat cardiovasculaire ziekten precies zijn. Dit probleem is op te lossen door het jargonwoord te vervangen door een woord dat algemeen gebruikt wordt, of te voorzien van een andere uitleg of specificatie. In het geval van ‘cardiovasculaire ziekten’ kunnen beide oplossingen gecombineerd worden. Dat is te zien in voorbeeld (3a).
(3a) Op universiteiten lopen veel studenten rond die nog niet klaar zijn met ontwikkelen en dus door de blootstelling aan geluid harder dan 65 Decibel meer kans maken op hart- en vaatziekten (hartinfarcten, TIA’s en beroertes).
Niet alle jargonwoorden laten zich makkelijk vertalen in een algemeen gebruikt woord. Vergelijk ‘intrinsieke motivatie’, ‘drempelwaarde’, of ‘mediaformat’. In die gevallen is het extra belangrijk om te zorgen voor uitleg bij het jargonwoord, uiteraard op basis van een inschatting van de doelgroep van je tekst. Geef je uitleg wel zo dicht mogelijk bij het jargonwoord, anders verstoort je uitleg de flow van je tekst.
Abstract door naamwoordelijk formuleren
(4) Op universiteiten lopen veel studenten rond die nog niet klaar zijn met ontwikkelen en dus door de blootstelling aan hard geluid meer kans maken op cardiovasculaire ziekten.
(5) Wel kan men voor vermindering van blootstelling aan maatschappelijk geluid zorgen.
In zin (4) zie je bij het stukje ‘die nog niet klaar zijn met ontwikkelen’ een ander type van onhandige woordkeus. Wat wordt hier eigenlijk bedoeld? Vooral het woord ‘ontwikkelen’ zorgt hier voor vaagheid: wie ontwikkelt, en vooral wat? Om verkeerde interpretaties te voorkomen moet je hier precisie toevoegen. Bijvoorbeeld als in zin (4a):
(4a) Op universiteiten lopen veel studenten rond die lichamelijk nog niet volgroeid zijn en dus door de blootstelling aan geluid harder dan 65 Decibel meer kans maken op hart- en vaatziekten (hartinfarcten, TIA’s en beroertes).
Dit type naamwoordelijk formuleren (het gebruik van veel zelfstandig naamwoorden en vooral van naamwoorden die zijn afgeleid van werkwoorden, zoals ‘vermindering’, ‘blootstelling’ of ‘het ontwikkelen’) leidt vaak tot een zekere vaagheid. In (5) zie je daarvan nog een voorbeeld. Het hangt natuurlijk van de context af of deze vaagheid nuttig is. Als het nodig is om hier wat concretere informatie te geven, is een werkwoordelijke formulering vaak een goede oplossing. Bij werkwoorden horen namelijk onderwerpen en lijdend voorwerpen, en dat zorgt al voor meer informatie. Bijvoorbeeld zoals in (5a):
(5a) Wel kan men ervoor zorgen dat de bevolking 25 procent minder aan maatschappelijk geluid wordt blootgesteld dan nu het geval is.
Als in de voorafgaande tekst nog niets gezegd zou zijn over de feitelijke betekenis van ‘maatschappelijk geluid’ (wat is dat?), dan zou je die term ook moeten concretiseren.