Toolkit Academische Vaardigheden
Toolkit Academische Vaardigheden

Een microfoon gebruiken

Als je een presentatie moet geven in een middelgrote of grote zaal, is het aan te raden om een microfoon te gebruiken. Denk niet te snel dat iedereen je wel goed kan horen, ook al heb je een luide stem en knikken de meeste toehoorders welwillend als je (meestal vrij luid) vraagt of iedereen je kan verstaan. Vaak denken sprekers dat ze duidelijker en luider praten dan ze werkelijk doen. Voor toehoorders achterin de zaal of toehoorders met gehoorproblemen kan het dan vervelend zijn als ze je moeilijk kunnen verstaan. Ook de akoestiek van een zaal, eventueel achtergrondgeluid, de zaalindeling en andere factoren kunnen beïnvloeden hoe duidelijk je stem overkomt. Ten slotte is het ook in een grotere zaal prettig als je je stem niet hoeft te forceren, maar hem dankzij het gebruik van een microfoon op normale wijze kunt blijven gebruiken.

Het spreken met een microfoon vergt wel enige gewenning: je eigen stem klinkt anders als hij wordt versterkt en je hem vanuit een andere hoek hoort dan normaal. Veel mensen vinden dat hun stem dan raar of zelfs onprettig klinkt. Het gebruik van een microfoon vergt ook wat praktische oefening. Daarnaast kunnen er soms technische problemen ontstaan, zoals galmen en rondzingen. Het is daarom goed om je voor te bereiden als je dit hulpmiddel gaat gebruiken.

Tips voor het gebruik

  • Probeer een headset of revers-microfoon te regelen. Je hebt dan beide handen vrij. In ieder geval is het handig om een draadloze microfoon te gebruiken. Daarmee kun je doorspreken als je even je plek verlaat, bijvoorbeeld om iets op te schrijven.
  • Door van tevoren met de microfoon te oefenen, kun je gewend raken aan het geluid en de manier waarop je stem klinkt als je met een microfoon spreekt.
  • Test de werking van de microfoon, het geluidssysteem en de geluidsterkte voor het begin van je presentatie. Door van tevoren een soundcheck te doen, weet je of alles naar behoren werkt en kun je ervoor zorgen dat het geluidssysteem goed staat afgesteld.
  • Als het geluid gaat rondzingen, kan dat komen doordat de geluidsinstallatie te hard staat, of doordat je te zacht spreekt of te ver van de microfoon af staat.
  • Als je een handheld microfoon gebruikt, hangt de optimale afstand van je mond tot de microfoon (mede) af van de gevoeligheid van de microfoon. In de meeste gevallen dien je de microfoon vrij dicht bij je mond te houden, tot maximaal 30 centimeter afstand.
  • Houd de microfoon stevig vast. Draai je hoofd niet te ver van de microfoon weg als je spreekt (behalve als je moet hoesten). Laat je hand niet zakken tijdens het gebruik van de microfoon. Zwaai hem ook niet heen en weer, maar probeer hem in dezelfde positie te houden.
  • Probeer rustig en duidelijk (in een voldoende volume) te spreken en je ademhaling onder controle te houden.
  • Voorkom bijgeluiden zoals smakken, zuchten, e.d.
  • Probeer de medeklinkers p, t, k, g en s niet te scherp uit te spreken.
  • Spreek bij veel galm de lettergrepen iets korter uit en houd iets langere pauzes aan.

Meer weten?

Je hoort een aantal tips m.b.t. microfoongebruik (in het Engels) in de YouTube video Why and how to use a microphone during your presentation van speech coach Steve Bustin.